Het leven van een ploetermoeder

14 november 2014

Niet alleen heb ik zelf moeite om uit bed te komen als het buiten donker en koud is, ook de kinderen krijgen hun ogen met moeite open. Elke ochtend hetzelfde ritueel; nr 1 wakker krijgen, nr 2 wakker krijgen, nr 3 wakker krijgen…. aankleden, ontbijten, tanden poetsen, haren kammen, tassen klaarmaken en hup op de fiets om om half 9 in de klas te zitten….

Ik sta ondertussen mijn tanden te poetsen, het is stil, tè stil. Ik ga snel naar de kamer van de oudste. Hij zit op de grond, half met zijn broek aan en nog met  pyamashirt, uitgebreid te spelen met de poes. “Kom op, kleed je nou even aan” zeg ik “in plaats van de hele tijd spelen met de poes”. Op naar kamer 2, wat gebeurt daar? Nr 2, liggend op zijn bed, tergend langzaam zijn broek aan het aandoen. “Kun je niet beter náást je bed je aankleden? Dit werkt zo toch niet?!” Kamer nr 3. Leeg. “Waar ben je?” “hier mama.” Ik loop naar de badkamer. Met zijn pyamabroek op zijn knieën, nog geen enkel kledingstuk aan, zit hij op de wc met zijn ogen dicht. “mama, ik krijg mijn ogen nog niet open” …

Als stap 1 eindelijk afgerond is, zitten we aan de ontbijttafel. Nr 2 staat bij de la te kijken. Al een tijdje. “Kies nou!” zeg ik, ik voel alweer irritatie want dit gebeurt bijna elke ochtend. “Ja maar mama, ik wéét het niet” “Nou dan kies ik wel voor je”. “NEE!” krijg ik naar mijn hoofd geslingerd. “Kies dan” zeg ik. “Ja maar ik weet het niet” zegt hij weer zeurend. Hij vindt kiezen moeilijk. Ik pak de appelstroop en geef het aan hem maar daar heeft hij natuurlijk geen zin in. De tijd tikt verder…
De oudste kan inmiddels wel snel eten, dat is het probleem niet meer. Het probleem is nu dat hij het liefst 4 boterhammen wil en o ja, ook nog een paar crackers. “Zoveel eten heb je ’s ochtends echt niet nodig”. “Ja, maar ik vind het zo lekker mama” antwoordt hij. Ik stel toch een limiet in. Met mijn kop koffie in mijn hand en tijdens het aansporen van de kinderen om niet zoveel te praten de hele tijd maar eerst even hun brood op te eten, sta ik vast op, maak ik zo snel mogelijk hun tassen klaar, geef de poezen eten en ruim alvast wat troep op.

Ok, stap 2 afgerond. “Hup jongens, ruim je bord op, tanden poetsen en haren kammen. Maar, maximaal 2 in de badkamer anders gaat het zeker mis… een duw, een zogenaamd leuk grapje voor de één is een reden voor een schreeuw en een zet van de ander. Waarop de één weer boos begint te worden en het hek van de dam is. Elke ochtend opnieuw. De één staat eerst uitgebreid de tandpastatube te bekijken, alsof hij het ding voor het eerst in zijn leven ziet. De ander begint te jammeren dat hij de tandpastatube wil. Pakt hem alvast af want de ander staat toch te niksen. Waarop de één weer boos wordt want hij was nog niet klaar. Ja dat gaat weer lekker.

Ik weet het, ik hoor jullie adviezen al. Sta dan gewoon een kwartiertje eerder op. Dan heb je tijd genoeg en kunnen ze om de beurt in de badkamer etc etc etc. Ja, dat lukt me dan een week. En dan verschuift het langzaam weer. En het gekke is, hoe eerder we opstaan, hoe later we van huis vertrekken…

Stap 3, “als je klaar bent met je tanden en je haren ga je vast naar beneden, je schoenen en je jas aan doen”. Ik ben nog even met nr 3 boven in de badkamer bezig. Beneden hoor ik het gegil alweer van nr 1 en nr 2. Op de een of andere manier gaat het aantrekken van schoenen en jassen altijd gepaard met ge-etter bij ons thuis. De één zit ervoor, waar de ander langs moet. “Wacht even” zegt de één. De ander vindt dat het al lang genoeg geduurd heeft… ge-etter… De één heeft een leuk grapje bedacht, dat gaat 2x goed en de 3e keer gaat het mis… ge-etter…

Ik slaak een diepe zucht boven. Wat zou het toch fijn zijn als deze dagelijkse dingen ook ‘ns zonder ge-etter en geruzie konden.
Ik kom beneden. Soms lukt het me om rustig te vragen of ze even op willen houden, soms maak ik een grapje of heb ik een goede oplossing. Meestal niet. Meestal is mijn reactie geïrriteerd en ethisch niet verantwoord. Je hebt van die moeders met zo’n eeuwig rustige stem, die nooit schreeuwen en geduldig moederlijk lachen als hun zoon of dochter voor de miljoenste keer vraagt waar hun sjaal ligt, zeggen dat hun schoenen niet aan gaan, dat de rits niet dicht gaat, hun tas vergeten zijn, moeten poepen als je nèt buiten klaar staat om te vertrekken etc etc etc… Sorry jongens ik ben niet zo’n moeder…

Eindelijk stap 4, we zitten op de fiets. Nog maar een uur wakker maar het voelt alsof ik al de hele ochtend bezig ben. Het waait bijna niet. Nr 3 zit vandaag achterop bij mij. Nr 1 fiets lekker snel vooruit. Nr 2 komt NIET vooruit… Begint al te schreeuwen als ik vast op stap en 3 meter verder ben dan hij. En dan, als we fietsen, wil nr 2 altijd dat ik hem duw. Ik wil met harde wind hem wel helpen. Maar niet bij normaal weer. Ik vind dat hij oud genoeg is om zelf een beetje te trappen. Dat vind ik al maanden. Maar al maandenlang zeurt hij elke ochtend opnieuw of ik hem duw. Een aanhouder is hij zeker. Hij geeft niet op. Met zeuren althans… Zijn dunne beentjes maken weliswaar een rondje maar ik vertel hem dat hij er tegelijkertijd ook echt een beetje kracht bij moet geven. Anders kom je niet vooruit. Hij staat bijna stil. Maar ik duw hem niet. Ik dacht dat het zeuren wel een keer op zou houden. Ik geef immers niet toe. Dan leert hij dat het echt geen zin heeft, toch? Maar nee. Elke dag toch opnieuw dezelfde vraag, niet 1x, niet 2x, nee, de hele weg. Door nóg langzamer te fietsen denkt hij dat hij mij over kan halen om tóch te duwen… Dat ik er inmiddels gek van word geef ik toe. Maar ik duw hem niet. Ook al duurt het een eeuwigheid  voordat we op school komen. Hij zal toch echt een keer moeten beseffen dat hij zelf moet fietsen. Dat ik er niet meer rustig op kan reageren geef ik ook toe… Kom op, tráp nou eens een keer!” schreeuw ik. En dan begint hij ook nog over de kou te zeuren. Zijn neus is te koud. Nou moet het niet gekker worden denk ik. Het vriest nog niet eens!

En dan ineens die opmerking. Ik kijk hem aan, wat zegt hij nou? “mama, het is zó koud, mijn hersenen bevriezen zo”. Er verschijnt een lach op mijn gezicht. Mijn mannetje van 7 zegt tussen al het gezeur door met een knipoog ineens dat zijn hersenen gaan bevriezen zo. Ik schiet volledig in de lach. Een vrouw die me net inhaalt kijkt me vreemd aan. Ze heeft me net ook vast horen schreeuwen. Maar de lach op mijn gezicht blijft de rest van de weg naar school. Ik hoor het gezeur even niet meer. Ik denk alleen nog maar wauw, wat is het toch een schatje.

Het is waar, ik ben niet het toonbeeld van een geduldige moeder. Ik reageer veel te vaak ongeduldig, ja, tot mijn schaamte schreeuw ik zelfs dat ik af en toe gek word van ze. Het ge-etter, het geruzie dag in dag uit. Tè vaak zeg ik tegen mezelf dat ik niet goed gereageerd heb en dat ik dat toch echt anders aan moet pakken. Tè vaak lig ik ’s avonds in bed en hou ik mezelf voor om morgen meer geduld op te brengen….

Maar jemig, wat heb ik veel mooie momenten met ze.
En jemig, wat zijn het prachtige mannetjes
en jemig, wat ben ik trots op ze.

Het mooiste in mijn leven haalt soms het beste in mij naar boven en soms het slechtste…
Maar jemig, wat HOU IK VAN ZE!

 

Delen op Facebook
Delen op Pinterest

Lees ook

corrigerend-ondergoed-1

Zo word je als moeder minder onzeker over je lichaam na de geboorte van je zoon

Ben je onlangs moeder geworden? Niet alleen is dat een van de meest ingrijpende gebeurtenissen in je leven, ook kan...
ONTPLOFFINGSGEVAAR, IK ONTPLOF TEGEN MIJN KINDEREN

ONTPLOFFINGSGEVAAR

“DANIËL NIET DOEN! Kijk nou eens wat een zooi je hebt gemaakt. Kom er maar gelijk uit het is klaar...
samen in de tuin werken, groene vingers, kind tuin werken, plantjes planten, opvoeding

Groene Vingertjes

Sinds het lente is en de dagen steeds zonniger worden is dat voor ons het teken om de tuin onder...