Vliegen

12 juli 2012

We gingen met onze twee jongens op vakantie met het vliegtuig. We hadden één keer eerder gevlogen met het gezin, maar toen was onze oudste zoon amper vier maanden. Ik weet inmiddels dat vliegen met een baby absoluut niet te vergelijken is met vliegen met twee peuters. Met een baby is een vlucht, zelfs naar Curaçao waar wij destijds naartoe gingen, prima te doen. Je baby slaapt veel, past met een beetje geluk nog in zo’n mandje en je kan hem of haar nog stilhouden door een borst, fles of speen in zijn of haar mondje te duwen. Anders loop je een beetje rond en houd je je baby dicht tegen je aan. Bijna altijd gegarandeerd succes.

Lees ook: vliegvakantie met klein kind, ECHT NIET! >>

Vliegen met kinderen

Omdat wij al een keer met een van onze jongens gevlogen hadden was de vlucht hetgeen waarover ik me het minst druk maakte. Bovendien was dit een vlucht van slechts vier en een half uur, dat vergeleken met de negen uur durende vlucht naar Curaçao natuurlijk peanuts was. Ook hadden we perfecte vliegtijden – midden overdag – dus kon er niets meer mis gaan. Dacht ik.

De heenweg ging het, afgezien van dat het een ware uitputtingsslag was, allemaal prima. Er zaten heel veel peuters in het vliegtuig, dus het was een vrolijke en gezellige boel met al dat kleine grut dat door het gangpad heen kroop. Mijn lief en ik waren een top-entertainment bureau waarbij we alles uit de kast haalden om onze jongens af te leiden van het feit dat ze vier en een half uur stil moesten zitten en bijna geen kant op konden in het krappe vliegtuig. Onze afleidingstechnieken lukten aardig. We hadden boekjes, nieuwe auto’s, kleurplaten en potloden. Op de momenten dat het mis dreigde te gaan zwaaide ik met lekkers, van ontbijtkoekjes tot pakjes drinken. Altijd succesvol.

Tussendoor werkten de jongens op de zenuwen van de stewardessen, door heen en weer over het gangpad te lopen, daarbij het karretje van de stewardess steeds net ontwijkend. Maar ze waren tenminste vrolijk. Redelijk ongeschonden, maar uitgeput kwamen we aan op de plaats van bestemming.

Doordat de heenvlucht zonder kleerscheuren was verlopen had ik alle vertrouwen in een probleemloze terugvlucht. Helaas was dat een totaal verkeerde inschatting. Mijn jongste zoon was op dat moment bijna twee en zat midden in de ‘twee-is-nee-ik-weet-precies-wat-ik-wil-en-als-ik-mijn-zin-niet-krijg-zet-ik-het-op-een-krijsen fase’. Het eerste half uur van de vlucht verliep alles prima. Manlief en ik hadden de vermaak-muts weer opgezet en haalden alles uit de kast om onze kleine mannetjes te entertainen. Dat betekende dit keer veel rondlopen met de jongste op de arm. Maar toen de stewardessen nogal chagrijnig begonnen te kijken omdat het karretje niet door het gangpad paste met die kleine mannetjes die daar rondrenden, gaf manlief het op en ging zitten met de jongste op schoot. En dat was natuurlijk niet naar het zin van onze tweejarige wijsneus. Hij zette het meteen op een krijsen en wees dwingend naar het gangpad. ‘Die!, die!’, schreeuwde hij het uit. Mensen om ons heen draaiden zich om. We probeerden van alles; wat lekkers, een auto, kleurtjes, een boekje, maar helemaal niets bracht hem van het idee af dat hij wilde lopen in het gangpad.

Op een gegeven moment gaf ik, de geïrriteerde blikken van de stewardessen negerend, toe en liet hem lopen. Maar dit was inmiddels niet meer wat hij wilde, want hij begon nog harder te krijsen. Hij gilde het uit, terwijl ik opgelaten en met een rood hoofd achter hem aanliep. Iedereen keek ons aan met een gemengde blik van medelijden en ergernis. Hij ging maar door en hield geen moment op met huilen. Je zou denken dat hij er wel een keer genoeg van had of moe werd, maar nee hoor. Hij was onverbiddelijk. Hij had zijn zinnen gezet op iets en het maakte eigenlijk niet meer uit waarop. Hij was woest.

De hele vlucht heeft hij gekrijst. De medelijdende blikken van onze mede passagiers maakten plaats voor irritatie en ergernis. Totaal uitgeput, opgelaten en chagrijnig kwamen we aan op Schiphol en probeerden we zo onzichtbaar mogelijk onze bagage van de bagageband te halen. Maar op het moment dat de mensen mij daar herkenden stootten ze elkaar aan en begonnen ze net iets te hard te smoesen. ‘Kijk, daar heb je dat jongetje dat de hele vlucht zo huilde’ hoorde ik een geïrriteerde mede-passagier druipend van ergenis zeggen.

Ik wilde weg, naar huis, en wel zo snel mogelijk. We laadden onze koffers in en maakten dat we weg kwamen. Op de terugweg in de auto vielen de jongens direct in slaap. Met open mond lagen ze te snurken op de achterbank, onwetend van de uitputtingsslag die ze ons hadden bezorgd. Een ding weet ik zeker, voorlopig gaan wij niet meer met het vliegtuig op vakantie. . .

Liefs,

Laura

Vermaak op de achterbank: lange autorit met kinderen >>

Delen op Facebook
Delen op Pinterest

Lees ook

jongensmoeder

3x perfecte cadeaus voor echte jongensmoeders

Heel eerlijk? Jongensmoeders zijn echte superhelden in het dagelijks leven. Natuurlijk zijn meisjesmoeders dat ook, maar moeder zijn van jongens...
corrigerend-ondergoed-1

Zo word je als moeder minder onzeker over je lichaam na de geboorte van je zoon

Ben je onlangs moeder geworden? Niet alleen is dat een van de meest ingrijpende gebeurtenissen in je leven, ook kan...
ONTPLOFFINGSGEVAAR, IK ONTPLOF TEGEN MIJN KINDEREN

ONTPLOFFINGSGEVAAR

“DANIËL NIET DOEN! Kijk nou eens wat een zooi je hebt gemaakt. Kom er maar gelijk uit het is klaar...