Vorige week is Joris begonnen op het voortgezet onderwijs. Weer een stapje dichter bij volwassen worden en een stapje verder onder moeders vleugels vandaan. Wij vonden het beiden maar wat spannend.
Voor het eerst naar het voortgezet onderwijs
Het begon al met de introductie dag op school, deze zou sportief zijn. Sportkleding wat vies mag worden, stond in de uitnodiging en de dag zou bij Outdoor Valley zijn. Hier was Joris al eens met een kinderfeest geweest en toen hadden ze een survival middag. Met andere woorden, lekker klimmen en klauteren door modder, water en andere vieze troep. Zo niet Joris zijn ding!
Hij heeft die verjaardag ook al weinig meegedaan met het tijgeren door de bagger en dat zou hij ook bij de introductie dag niet doen, was het ferme antwoord van hem die ochtend.
Vrienden maken
Ik hield mijn hart vast, want zo maak je niet echt snel vrienden op het voortgezet. Maar gelukkig viel het mee, ze hadden die dag teambuilding games en niemand werd vies. Hij kwam die middag met rode konen en twinkelende ogen thuis, want het was een leuke dag geweest en hij had al vrienden gemaakt.
De dagen daarna was er ‘gewoon’ school, ook dat werd met argusogen bekeken door Joris, want elk uur een ander lokaal en een andere leraar, dat leek hem maar niets. Zijn rooster was hij wel tevreden over, bijna alle dagen net zo laat uit als op de basisschool, dus vertrouwd.
Op vrijdag (na 3 gewone schooldagen) hadden Joris en ik afgesproken in een Grand Café na school om eens lekker bij te kletsen na een week vol nieuwe indrukken. Na een paar stimulerende vragen (wie is je grappigste leraar, wat vind je het leukste vak, wie is de clown van de klas) begon het gesprek goed te lopen en werd Joris steeds enthousiaster en praatte hij honderduit.
Hij vindt het voortgezet onderwijs te gek!
Hij vindt het voortgezet onderwijs te gek! Vooral de hoeveelheid vrijheid vindt hij prettig, ze werken met weektaken en krijgen in de les al tijd om hun huiswerk te doen. Tot nu toe heeft hij dus weinig huiswerk thuis moeten doen, want hij besteed zijn tijd op school goed. Alle leraren zijn leuk en praten vol enthousiasme over hun vak, ze hebben passie zegt Joris en dat heeft duidelijk een goede uitwerking op hem. De lerares Frans is wel erg streng, maar dat brengt iig duidelijkheid. En de leerlingen zijn serieus, het is eindelijk stil in de klas wanneer het stil hoort te zijn. Op de basisschool was het nooit stil, dus liep zijn hoofdje over na een week school. Maar hier werken de leerlingen hard en wanneer het kan wordt er natuurlijk ook flink gelachen. Hij wil zelfs een masterclass gaan doen, extra tijd besteden aan school, ik wist niet wat ik hoorde, maar het maakt mij zo gelukkig.
Schoolkamp
Vandaag is hij op schoolkamp vertrokken, gelukkig niet met lood in de schoenen, maar bijna huppelend, ging hij met zijn tassen naar de aula. Daar ontmoet hij zijn drie nieuwe vrienden. De ‘mannen’ slaan elkaar eens op de rug als begroeting, dan gaat er een arm om elkaars nek en lopen ze als een stevige eenheid naar het lokaal voor instructies. Joris zijn vader en ik bekijken dit glimlachend van een afstandje. Voortgezet onderwijs doet hem goed, ik heb Joris nog nooit zo vrolijk naar school zien gaan. En je merkt dat wij als ouders dan ook meer ontspannen. Alle ouders lopen alvast naar de bus en wachten daar op de jongvolwassenen.
Te stoer om te knuffelen in het openbaar 😉
Niet veel later komen ze uit de school gelopen in gekleurde school shirts. Bij de bus aangekomen, zoekt Joris ons, hij loopt naar ons toe, geeft elk een dike knuffel en stapt weer op zijn vrienden af. Links en recht van ons krijgen alle ouders een knuffel en dan stappen de kids opgetogen de bus in.
Blij met mijn dikke knuffel, want ja, ze zijn misschien al te stoer om nog te knuffelen in het openbaar, en Joris zijn keuze in vrienden stap ik in de auto naar mijn werk. Deze keer zonder tranen.
Ja, hij wordt groot, maar nu wel met plezier in het leven, en zonder het gevoel dat alles zo zwaar is. Dat is alles wat ik als ouder voor mijn man(netje) wil. Dus tranen zijn niet nodig… tenzij ze van geluk zijn, dan weer wel. Snik!